's Zomers gaf ik altijd les in Spanje, zo ook in die van het jaar 2000. Ik werkte dan bij de tennisschool van een hele goede vriend van mij. Vincente Majola runde 'La Closa' samen met zijn vrouw Marga, zoon Marc en dochter Alba. Op drie grote en even zoveel minibaantjes verzorgden zij passievol de trainingen aan voornamelijk kinderen. Zowel beginners als zeer talentvolle spelers kwamen graag diverse middagen per week naar de tennisbaan. Alle cursisten vonden het reuze interessant dat er in de zomerperiode ook een hollander rondliep en al helemaal dat 'ie nog spaans sprak ook. Halverwege de zomer kwam Jaime het park oplopen; hij was een van Vincente's beste vrienden en vroeg of er misschien een plekje was voor zijn zoon; hij had het al overal geprobeerd maar bij geen enkele andere club was er plaats voor Brian. Natuurlijk had Vincente plaats, hij had of maakte plaats voor iedereen. En zo werd het voor mij, niet alleen een warme, maar ook hartverwarmende zomer.
Brian was een jongen met een 'syndroma'. Gekromde knuistjes, wat kortere beentjes en had wel wat weg van een jongen met het syndroom van down. Ik kwam er al snel achter dat Brian geen domme jongen was; integendeel. Het ging wel allemaal wat langzamer bij hem, maar wat eenmaal in zijn koppie zat, verdween ook niet meer. Helaas wordt iemand met een 'syndroom' in Spanje niet altijd serieus genomen en als tweederangs burger beschouwd. Men laat zo'n persoon een beetje links liggen. Zelf heb ik daar grote moeite mee, maar ik kan in mijn eentje het systeem ook niet veranderen; ”'s lands wijs, 's lands eer.”
Stap voor stap heb ik hem de slagen aangeleerd. We zijn begonnen met de forehand, "el derecha" en al snel lukte het hem de bal goed te raken en een beetje te sturen. Voor de dubbelhandige backhand had Brian aanzienlijk minder tijd nodig en zo gebeurde het dat we al op de eerste middag, op het miniveld, heen en weer stonden te tikken. Andere kinderen uit zijn groep, waaronder Rafa en Pau zagen zijn vorderingen en boden spontaan aan om met Brian te oefenen. De rest van de eerste week heb ik, met een onderhandse service veel punten gespeeld en hem de puntentelling geleerd.
Wanneer ik 'per ongeluk' een bal uit sloeg stond hij met beide armen in de lucht en riep: "Punto para mi!" Omdat het zo goed met hem ging en ik als "el entrenador" met Brian speelde, wilden de anderen ook graag dat hij meedeed met de groep. Hij werd door iedereen onvoorwaardelijk geaccepteerd en gewaardeerd. Toegegeven; Brian was geen ster, maar kon wel meekomen!”In de tweede week heeft Brian geleerd om bovenhands te serveren, een echte tie-break te spelen en mee te doen met zijn leeftijdsgenoten op het grote veld.”
In de laatste week van augustus waren er de jaarlijks terugkerende kampioenschappen van 'La Closa'. Op zaterdag werden alle finales gespeeld en was er, na de prijsuitreiking, geheel volgens de Spaanse tradities, een groot feest voor zowel de kinderen als ouders en familie. Op de vrijdag, voorafgaand aan de finales, heb ik mijn plan aan Vincente voorgelegd en gevraagd of hij het er mee eens was. Gelukkig was hij razend enthousiast.
Het was een prachtige zaterdag; vaders, moeders, opa's, oma's en familie langs de lijn om hun talenten aan te moedigen. Na de 'grote' finale vroeg Vincente alle ouders om te blijven staan voor een 'demonstracion muy speciale', daarna zou hij de prijsuitreiking verzorgen en kon men uitgebreid gaan eten en drinken. Iedereen wachtte gespannen af.
Brian en ik kwamen hand in hand de baan op lopen. De kinderen uit zijn groep begonnen te klappen, de ouders deden nog even niets. Vincente kondigde aan dat Brian en ik, om de zomer af te sluiten een echte tie-break zouden spelen. Brian won de toss en mocht beginnen met serveren. Het eerste punt won hij na een lange slagenwisseling. Het tweede punt besliste hij met een echte volley. Tijdens onze partij werd elke goede bal van Brian met gejuich begeleid en kreeg applaus bij elk punt dat hij scoorde. Natuurlijk won hij van mij! Hij heeft er hard voor moeten werken maar hij won. met 7-5.
Ik had op de vrijdagavond, voorafgaand aan de finales, in de stad een beker gekocht en deze laten graveren met de inscriptie "Campeon del Mundo" en die heb ik Brian, tijdens de prijsuiteriking overhandigd. Compleet verbaasd nam hij zijn prijs in ontvangst, klemde zijn knuistjes om de bokaal en begon voorzichtig te lopen; een echte ereronde over het centre court. Iedereen klapte, alleen voor hem!
Brian groeide; hij had gewonnen; sterker nog: hij was wereldkampioen! Hij zette de beker op zijn hoofd en maakte een buiging naar het publiek. Om zijn triomf compleet te maken heb ik hem op mijn schouders gehesen en nog een klein rondje gemaakt. Er zijn veel foto's van gemaakt, niet alleen door twee trotse ouders, maar ook, naar wat later bleek, door de fotograaf van de plaatselijke krant.
De donderdag daarop sloeg ik tijdens mijn lunch de "Noticias del semana" open. Daar stonden we, op de voorpagina van de sportkatern: Brian op mijn schouders met de beker in zijn handen. De kop luidde: El Campeon del mundo. In Vinaros was hij nu iemand. Iemand? Nee, Brian was de kampioen!
Toen ik, in begin juli 2001, na een vermoeiende reis met veel vertraging, even languit op mijn hotelbed lag bij te komen en even helemaal niets meer wilde, werd er zachtjes op mijn deur geklopt. Eigenlijk wilde ik de deur niet opendoen en had het liefst het kussen over mijn hoofd getrokken. Opnieuw klonken er drie zachte tikken op de deur. Ik stond op, trok mijn slippers aan en deed de deur open. Daar stond hij, in zijn trainingspak en 'gewapend' met zijn racket. "Vamos a jugar un partido?", vroeg hij. "Zullen we een potje?" "Con tigo? Met jou?" antwoordde ik. "Con tigo siempre!" Met jou altijd!" We zijn naar de tennisbaan gereden, ik heb het hek opengemaakt, het licht aangedaan en een uurtje met hem getennist. Wij samen, zonder publiek. Later die avond, toen Brian tevreden en moe gestreden in zijn bed lag, heeft zijn vader mij uitgelegd dat hij die middag al twee keer bij het hotel was geweest om te vragen of ik er al was.
Nu, jaren later, word ik nog elke dag prettig herinnerd aan deze heerlijke zomer; het lijstje met de foto staat prominent op mijn schrijftafel.